Een directeur-grootaandeelhouder (DGA) is zelf verantwoordelijk voor zijn pensioenopbouw.
Een DGA heeft voor zijn pensioen een paar opties:
- opbouwen in eigen B.V. of opbouwen bij eigen stichting;
- opbouwen bij een verzekeraar;
- opbouwen bij een bank;
- lijfrente;
- levensloop;
- combinatie.
Pensioen in eigen beheer met overlijdensrisicoverzekering
Steeds meer van mijn klanten bouwen hun pensioen in eigen beheer op. Voordeel van een eigen beheer verzekering is dat u de liquiditeit binnen uw B.V. kunt houden en kunt gebruiken. Dit is automatisch ook het grootste risico (geld is er niet meer als u met pensioen gaat, faillissement van de B.V., etc.). Pensioen in eigen beheer moet u combineren met:
- (dalende) risicoverzekering;
- arbeidsongeschiktheidsverzekering (en pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid).
Extern verzekeren bij verzekeraar
Het extern verzekeren van uw pensioen bij een verzekeraar heeft als voordeel dat u daadwerkelijk een pensioenpot gaat opbouwen. De premie bestaat uit een overlijdensrisicoverzekering, pensioenopbouw en meestal ook een risicoverzekering voor de pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid, dit kan van verzekering tot verzekering verschillen. Het grootste nadeel van deze optie zijn de kosten, veelal zo’n 15%. Er zijn steeds meer verzekeraars die tegen lagere kosten kunnen werken.
Banksparen voor DGA
Een DGA kan ook kiezen om zijn pensioen via banksparen op te bouwen. Veel deskundigen zijn van mening dat dit een betere optie is dan pensioen in eigen beheer verzekeren. Zolang uw B.V. winst maakt en u de discipline kunt opbrengen dit geld apart te reserveren, is er niet veel aan de hand. Draait uw B.V. verlies of loopt u veel risico over de activiteiten, dan is een eigen beheer pensioen een slechte keuze. Nadelen van banksparen zijn:
- contract voor langere tijd, zodat u niet gebruik kunt maken van betere aanbiedingen;
- rendement op de spaarrekening is laag.
Advies voor de DGA
Ik ben zelf DGA en heb lang nagedacht over mijn pensioen. De volgende route is verstandig om tot een besluit te komen:
- Moet er geld aanwezig zijn als u nu komt te overlijden? Zo ja, sluit een overlijdensrisicoverzekering.
- Heeft u pensioen voor later nodig (geen ander vermogen, inkomen nodig vanwege hypotheek, etc.)? Zo ja, stap 3.
- Heeft u een holding waarin u pensioen veilig kunt onderbrengen? Zo nee, oprichten of kiezen voor banksparen of verzekering.
- Kunt u jaarlijks geld reserveren voor uw pensioen? Zo nee, probeer om via banksparen of een verzekering uw pensioen te regelen.
- Gaat u emigreren na uw pensioen? Pensioen opbouwen is dan eerder aantrekkelijk, soms geen (of beperkte) heffing in het buitenland.
- Praat eens met uw fiscaal jurist en pensioenadviseur en neem een definitief standpunt in.
- Wilt u binnen uw bedrijf groeien en is hiervoor vermogen nodig? Zo ja, dan is extern verzekeren veelal een betere optie (risicospreiding).
Aandachtspunten en overwegingen bij uw pensioen
- Pensioen in eigen beheer kost u niet direct liquiditeit. Het risico is wel dat het geld niet opzij wordt gelegd of wordt meegezogen bij een faillissement.
- Als u in 35 jaar (van uw 25e tot uw 60e) voor 20 jaar (van uw 60e tot uw 80e) geld wilt sparen, moet u meer dan 5% van uw inkomen opzij leggen. Pensioen is dus duur en begin er op tijd aan.
- De AOW van de overheid is zeker geen garantie, hetgeen nu in de AOW-pot komt is voor de mensen die nu in de AOW zitten (en dus niet voor u).
- Ook ander vermogen (huis, beleggen, sparen, erfenissen) kunt u als vermogen zien.
Door mr. drs. J. Langkemper LL.M RB